Kritische reactie van Dorpsbelang BMR op de Ontwerp Omgevingsvisie van De Fryske Marren

 

Oktober 2018

Inleiding

Het is ons inmiddels duidelijk geworden, dat de omgevingsvisie moet leiden tot een nieuwe omgevingswet in 2021, waarin vele andere wetten zullen opgaan. Daarmee wordt de omgevingsvisie een anker, waarop vele andere beleidsbeslissingen zullen worden geënt. Dat betekent dat een visie noodzakelijk is op de samenhang met andere beleidsterreinen. Die ontbreekt nu.

 

Strekking omgevingsvisie moet heel anders

De samenhang met andere beleidsterreinen moet worden toegevoegd. Het huidige ontwerp beperkt zich tot een beschrijving van de huidige situatie en een aantal actiepunten om die te versterken. Van een wezenlijke visie op verandering en innovatie is überhaupt geen sprake. Wat we missen is de ambitie om in te spelen op de veranderende samenleving. Wat wij toegevoegd willen zien is:

 

  1. De omgeving moet veiligheid garanderen, dat betekent:
    1. veilig voor je gezondheid, dus goed georganiseerde zorg (denk aan de falende invulling van de WMO en aan gebrekkige dokterswacht)
    2. een gezond milieu, dus geen gif en zorgen voor biodiversiteit, geen overlast door lawaai, boringen, mestoverschot, anticipeer op klimaatverandering, …
    3. Optimale waterhuishouding: bijvoorbeeld plannen tegen droogte of te veel water
    4. veilig kunnen verplaatsen, dus knelpunten voor fietsers aanpakken, maar ook openbaar vervoer verbeteren.
    5. Veilig kunnen wonen, sporten en recreëren.
  2. Wonen en werken in de gemeente vereist een ambitieuze en een volslagen andere koers, dat betekent:
    1. Focus niet op de grote plaatsen voor het stimuleren van bedrijvigheid en werkgelegenheid, vervang dit voor een proportionele visie, grote bedrijven in grote plaatsen en kleine bedrijven in kleine plaatsen
    2. Houdt de fysieke en sociale leefbaarheid vooral in de dorpen op peil.
    3. Zorg dus ook voor voldoende betaalbare woningen in de kleine plaatsen, voor starters, maar ook voor mensen met een zorgvraag, zodat ouderen in hun dorp kunnen blijven. Sociale bouw van woningen met zorg is een must vanwege de ontgroening en vergrijzing. Volgens het FSP groeit DFM nog steeds! De beleidsvisie “niet bouwen in dorpen” moet van tafel.
    4. Bevorder daarbij de inwoner-initiatieven, en participeer daadwerkelijk in deze projecten , met doel die te verwezenlijken. Dus niet afwachten en afschuiven en niet alleen helpen. En niet vasthouden aan achter bureaus bedachte regeltjes. Kies als visie: Wij zorgen dat bewoners-initiatieven gerealiseerd worden, wij participeren actief.
  3. Economische ontwikkeling moet innovatief aangepakt worden. De technische ontwikkelingen bieden kansen om bedrijvigheid te bevorderen en DFM (en de rest van Friesland) nu eens echt op de kaart te zetten. Juist dat biedt opportunity’s , ook voor kleine plaatsen.


    Dat stelt eisen aan de infrastructuur in het algemeen, en bijvoorbeeld optimaliseren van bestaande bedrijventerreinen en snel internet in het bijzonder. DFM heeft in de omgeving ongekende mogelijkheden. Bevordering van actieve recreatie op land en water kunnen ambitieuzer worden aangepakt. Rustgebieden zijn mooi, maar de beleidsmakers moeten niet in slaap vallen. Voor Friesland in totaal voorspelt het FSP enige daling van de bevolking; als je naar de rest van Nederland kijkt, kun je dit omturnen in een superkans!!
  4. Hou talent vast. Zodra iemand meer geschoold is als gemiddeld zoekt hij/zij veelal zijn toekomst buiten Friesland. Dus niet alleen jongeren proberen vast te houden maar ook talent. Creëer in de omgevingsvisie daartoe de ruimtelijke mogelijkheden.

 

 

 

Enkele inhoudelijk opmerkingen over de huidige tekst.

  1. Waar kunnen we zien wat er met de eerdere inbreng is gedaan? We missen het e.e.a. Maak dat vanaf nu transparant.
  2. Foute foto, ballonnen zijn verboden en bevuilen het milieu.
  3. De proceswijzer sub 2.1 : Dit is dodelijk voor innovatieve projecten, er staan vooral redenen om initiatieven af te wijzen. Visie: beleid moet aangepast kunnen worden als dat nodig is voor de realisatie van bewonersinitiatieven en innovatie. Flexibiliteit en veranderingsgezindheid moeten leidend zijn.
  4. De kernwaarden gaan vooral over de status van het landschap, er moeten veel andere waarden bij. Het ademt: alles moet vooral blijven zoals het is. Enkele aanpassingen worden met name genoemd. Wij weten er ook nog wel een paar. In dit kader is dat een foutief abstractieniveau. Beter, inventariseer alle plannen in een apart stuk, later, en maak dat transparant. Daarmee kan de lokale democratie dan worden bevorderd.
  5. Waar staat dat de circulaire economie ook ondersteund en bevorderd wordt?
  6. Hoe past het zandwinningsproject in deze omgevingsvisie?
  7. Wat doet de gemeente aan de bedreiging door laagvliegroutes?
  8. In hoeverre is deze omgevingsvisie afgestemd met andere gemeenten, provincie en andere bestuursorganen?
  9. Betrek ook Veiligheidsregio, GGD, is dat gebeurd? (dit wordt voorgeschreven, net als punt 8 vanuit Den Haag)

 

 

Nieuws